Image Image

Eten met
Dysfagie

Eten met dysfagie

Gewone voeding kan problemen veroorzaken voor iemand met dysfagie. Vast voedsel moet mogelijk worden versnipperd, fijngehakt of gepureerd zodat er minder op gekauwd hoeft te worden en/of om het verstikkingsgevaar te verminderen. Je zorgverlener zal je op basis van een beoordeling van je slikvermogen vertellen welke aanpassing van de voedseltextuur geschikt voor je is.


Als je dysfagie hebt, kun je sommige voedingsmiddelen bijzonder moeilijk veilig doorslikken. Mogelijk krijg je het advies om extra voorzichtig te zijn als je bepaalde voedingsmiddelen eet, en om andere te vermijden.


Volg altijd het advies van een zorgverlener over wat het beste voor je is.


Voedingsmiddelen die moeilijk te eten zijn, kunnen in het algemeen het volgende omvatten:


  • Sappig voedsel, dat misschien op het bord één consistentie heeft maar in de mond uiteenvalt in vloeibaar en vast voedsel, zoals watermeloen
  • Plakkerig voedsel, zoals snoep of gedroogd fruit
  • Stevig voedsel, zoals bepaalde stukken vlees (bijvoorbeeld biefstuk)
  • Alle voedingsmiddelen met een korst of knapperige topping, zoals macaroni met kaas of gepaneerde vis
  • Niet-verdikte vloeistoffen (als je zorgverlener je heeft aangeraden om vloeistoffen te verdikken)
  • Brood
  • Stevige, vezelrijke texturen (ananas, selderij, snijbonen, sla, spek)
  • Groente- en vruchtenschillen (tuinbonen, gebakken bonen, sojabonen, erwten, druiven)
  • Voedsel met gemengde consistentie (soep met klontjes, gestoofd fruit, gehakt met dunne jus, harde, korrelige granen [zoals muesli] die niet oplossen in melk)
  • Knapperig voedsel (toast, koekjes, crackers, noten, gebak met vlokken, chips)
  • Kruimelig voedsel (brood- of taartbodems, kruimelkoekjes)
  • Hard voedsel (gekookt en taai snoep en toffees, noten en zaden)
  • Schillen (suikermaïs, bruin brood, zaden, bonen, popcorn)
Image

NB: Vermijd schepijs, ijslolly's of gelei, tenzij een zorgverlener zegt dat deze goed voor je zijn. Schepijs en ijslolly's veranderen in dunne vloeistof in de mond, en gelei breekt in kleine stukjes die je moeilijk bij elkaar kunt houden.